Voor het snijden van metalen met een waterstraalsnijmachine hebben we abrasief (snijzand) nodig. Water alleen heeft niet voldoende ruwheid om metalen te snijden. Gebruikt abrasief (snijzand) wordt na gebruik normaal gesproken opgeslagen zodat het kan uitlekken en wordt daarna weggegooid. Omdat dit afval zware metalen bevat wordt het bestempeld als chemisch afval en het storten hiervan is duur. Bovendien bevat dit afval nog een groot deel herbruikbaar abrasief. We hebben een proto ontwikkeld om op basis van een nieuw technisch werkingsprincipe de afvalstromen in “herbruikbaar” en “onbruikbaar” materiaal te scheiden.
In plaats van spoelen met water willen we verwarmen, bewerken en scheiden. Deze “droge” reinigingsmethode heeft een veel hoger rendement. Bij 80% terugwinning hoeft er dus per cycle slechts 20% nieuw zand te worden bijgemengd en reduceren we het afval tot 20% van het huidige. Deze afvalstroom heeft dan ook nog een aanzienlijk recyclebaar gedeelte omdat de metaaldeeltjes worden gescheiden en het zandstof niet meer als chemisch afval wordt bestempeld.